Dolomieten

Op mountainbike avontuur in de Dolomieten

Dit verhaal is ingestuurd doorL MISS MTB (https://missmtb.com)

Na het Gardameer en Finale Ligure dacht ik dat er niet veel mooiere plekken bestaan om te mountainbiken. Tot ik de Dolomieten ontdekte. Een waar paradijs voor mountainbiken met eindeloze trails en adembenemende uitzichten.

We verblijven in het dorpje Ortisei (ook wel bekend als Sankt Ulrich of Urtijëi) dat ligt in de Dolomieten Val Gardena, Zuid-Tirol op ongeveer 1230 meter hoogte. Ortisei is een typisch bergdorp met karakteristieke kleurige huizen, smalle straatjes, mooie pleinen en goed (berg)eten, omringd door een machtig berglandschap. Ons appartement ligt op 100 meter boven het dorp (en die voel je als je terug komt van je rit en een (alcoholisch) drankje hebt gedaan beneden in het dorp!). Vanaf hier hebben we een waanzinnig uitzicht over Ortisei!

Routes maken in Komoot

In Komoot hebben we diverse routes gemaakt, een combinatie van de vaste mtb routes op de lokale kaart, suggesties van Komootgebruikers en via mtb-magazines gevonden routes. Voor de meeste ritten vetrekken we gewoon vanaf ons appartement met de fiets en af en toe pakken we de auto. We rijden dan een half uur tot maximaal een uur naar de startplaats (en dat is dan weer net te ver om te fietsen, zeker in combinatie met de hoogtemeters als je nog terug moet na een lange tocht).

Het verkennende rondje: route 297

De eerste rit die we op vakantie maken, noemen we altijd gekscherend ‘verkennend rondje’: een rit om erin te komen en de omgeving te verkennen. We fietsen vanaf Ortisei naar St Christina om daar route 297 op te pakken. Het is meteen stevig klimmen. Na twee zomers biken in Finale Ligure waar we voornamelijk met een shuttle busje naar boven gingen, moeten we er even inkomen, met stijgingspercentages tot wel 15% (wat voor Dolomieten begrippen nog wel meevalt heb ik me laten vertellen). Ondanks de pijn in mijn benen die ik langzaam begin te voelen, geniet ik wel van de klim. De uitzichten zijn werkelijk fenomenaal! En eenmaal boven op 2.060 meter hoogte ben je de pijn van klim zo vergeten. Het uitzicht is hier zowaar nog waanzinniger. De zo voor de Dolomieten kenmerkende steile en scherpe bergen steken hoog uit boven het groene landschap. De typische koeienbellen maken het plaatje compleet.

Klimmen naar 2.540 meter hoogte: route 298 en 299

Ik dacht dat we op 2.060 meter hoogte al hoog zaten, maar het kan hier dus nog hoger. Vanaf St Christina pakken we route 298 op, die we combineren met route 299: 2,9 km klimmen met 299 hoogtemeters (slik!). Toch geniet ik hier weer volop van de klim, ook al zijn de stijgingspercentages hoger dan tijdens de eerdere rit (dat van die stijgingspercentages klopt dus inderdaad). De klim is afwisselend, zowel qua ondergrond, als qua uitzicht, dat steeds verandert. De pauzestop die we maakten bij de Regensburger Hütte op 2.040 meter hoogte was zeer welkom en die spaghetti aglio olio e peperoncino was nog nooit zo lekker! Onderweg kregen we overigens  veel bewonderende ‘ah’s en ‘oh’s’ van wandelaars. ‘Kein E-bike?’ Tsja, alleen Hollanders zijn gek genoeg om op een gewone bike naar 2.500+ hm te klimmen 😛 Krijg je wel gratis en voor niets een fantastisch uitzicht voor. Zo mooi heb ik het werkelijk nog nooit gezien. Hier kon ik ook alleen maar wat ‘ah’s en ‘oh’s’ uitkramen.

Sellaronda: absolute must-ride MTB tour

De Sellaronda is waarschijnlijk wel de bekendste mountainbike tour van de Dolomieten en mag je absoluut niet missen! Werkelijk de allermooiste rit die ik ooit heb gemaakt! Je kunt de Sellaronda op twee manieren rijden: met de klok mee: 60 km met 3.900 hoogtemeters (waarvan zelf 440 hm klimmen) of tegen de klok in 58 km en 3.370 hm, en 1.020 hm zelf klimmen). Wij wilden niet al teveel zelf klimmen en reden dus de ronde met de klok mee.

In Wolkenstein namen we de eerste lift. Boven op de top hadden we meteen het eerste adembenemende uitzicht te pakken. Dit was echter het uitzicht dat hoort bij de ‘tegen de klok in’ tour. Handig 🙈 Les geleerd: eerst goed kijken welke lift je moet pakken voor je enthousiast instapt. Bovenaan moesten we dus even zoeken naar een pad dat berijdbaar was om weer in het dal te komen. Eenmaal weer beneden en dit keer in de juiste lift, kon de fun beginnen!

De Sellaronda tour gaat over boswegen, bergpaadjes en vele singletrails rond het imposante Sella-massief. Onderweg is het continue genieten van de spectaculaire panorama’s (je blijft foto’s maken) en heerlijk lange en vooral flowy afdalingen. Bij elke lift die je neemt, krijg je weer een ander perspectief op het massief. Vergis je overigens niet, ook al overbrug je veel hoogtemeters met de lift, deze tour vergt nogal iets van je conditie. Kleine stukjes (steil) klimmen in combinatie met lange afdalingen (tot wel 8 km lang) voel je wel in armen en benen. Neemt niet weg dat de Sellaronda een absolute must-ride is voor als je in de Dolomieten bent!

Canazei super trails

Tijdens de Sellaronda tour hadden we al wat trails rondom Canazei gereden, maar omdat er nog zoveel meer trails te ontdekken waren hier, togen we nog een volledige dag naar dit trailparadijs. Canazei ligt op een uurtje rijden van Ortisei (niet ver in kilometers, maar je moet een steile (en smalle) bergpas over met de auto en dat kost tijd) en is vooral bekend als skioord. In de zomer kun je hier dus geweldig mooie MTB trails rijden. We parkeerden de auto net buiten Canazei onderaan de lift ‘Campitello’ en kochten een dagpas. Vervolgens was het weer dik genieten van de super flowy afdalingen en prachtige uitzichten. Wij hadden overigens van te voren bepaald welke trails we wilden rijden, omdat het gebied groot is, en de liften en trails verspreid rondom Canazei liggen.

Enkele tips voor biken in de Dolomieten

  • De routes hebben nummers, maar onderweg kom je maar weinig bordjes tegen. Rijden met GPX is dus aan te raden
  • Neem altijd een windjack en/of regenjack mee als je op pad gaat. Het kan boven op de top nogal fris zijn en het weer in de bergen kan snel omslaan (zo hebben wij op een zonnige dag toch een onverwachte hagelbui op ons kop gehad)
  • Een inkoppertje, maar zorg dat je voldoende eten (en water) bij je hebt, zeker als je besluit zelf naar boven te fietsen. Ja, er zijn onderweg berghutten waar je iets kunt eten en drinken, maar klimmen kost veel energie en dan is het fijn als je zelf iets bij je hebt
  • Check je bandenspanning als je boven op de top aankomt. De druk in je banden is hier namelijk hoger doordat de lucht ijler is dan beneden in het dal (wat je ook wel herkent bij tubes crème als je op wintersport bent). Door die hogere bandendruk heb je minder grip en dat is minder fijn bij het afdalen (ik maakte zelf een schuivertje in de afdaling omdat mijn bandendruk te hoog was – vergeten te checken dus voor we gingen afdalen 🙈)
  • De beklimmingen zijn steil (ook de eenvoudigere (schotter)paden zijn steiler dan in de Alpen*), dus zorg voor een goede conditie (ook een inkoppertje)
  • Een klein verzet op je bike is aan te rijden als je besluit zelf naar boven te fietsen. Het is toch leuk als je een beklimming met een stijgingspercentage van bijna 20% net wel kunt halen!
  • Neem extra setjes remblokken mee, de afdalingen zijn lang en meestal steil en niet elke bikeshop heeft jouw specifieke blokken op voorraad liggen
  • De meeste afdalingen zijn S0/S1, variërend van schotterafdalingen tot hele gave aangelegde trails met kombochten/jumps. Die zijn voor zowel beginners als gevorderden prima te rijden. Maar er zijn stukken S2 bij (o.a. Bec des Roges, Infinity en de ‘easy’ jumpline). Zorg dus ook dat je bikeskills op orde zijn.
  • Een dropperpost op je bike is hier een must
  • Trek een dag uit voor de Sellaronda tour en zorg dat je op tijd bij de laatste lift bent (wij moesten toch nog haasten om de laatste lift van half 6 in Canazei te halen)
  • Een dagkaart (Dolomiti Super SummerCard) voor de Sellaronda kost € 47,00
  • Het kan hier ’s avonds flink afkoelen, een warme trui en een licht gewatteerd jackje zijn geen overbodige luxe. Ik dacht zelf heel uniek te zijn met mijn blauwe gewatteerde jack, blijkt iedereen die hier te hebben. Voor originaliteit een zeven 😉

* uit de oude doos

Tijdens de Eerste Wereldoorlog is er veel gevochten tussen de Oostenrijkers en de Italianen om het gebied wat nu Zuid-Tirol heet. Voor de aanvoer van manschappen en wapens/voorraden werden wegen aangelegd door beide partijen. Terwijl de Oostenrijkers veel gebruik maakten van paard met wagen, gebruikten de Italianen vaak ezels om alles naar boven te krijgen, en die kunnen steilere/smallere paden bedwingen. Dat is de reden dat de bergpaden in Italië vaak veel steiler/smaller zijn. Dus als je hier (maar ook in de Oostenrijkse Alpen) fietst, bedenk dan dat veel van de paden al meer dan 100 jaar oud zijn en aangelegd door militairen. De Oostenrijkers wonnen uiteindelijk deze strijd, maar omdat Oostenrijk (met Duitsland) uiteindelijk de verliezers waren van de Eerste Wereldoorlog, werd het gebied van Zuid-Tirol dus Italiaans.

Ons verblijf

Appartements Erika
Streda Pinoi, 2
39046 Ortisei BZ

Wil je alvast een blik werpen op het dorp Ortisei? Bekijk hier de live cambeelden.